Staat volkshuisvesting 2025: woningbouw trekt aan na dip

Volkshuisvesting Woningverkopen

In een periode van woningnood en economische uitdagingen biedt de Staat van de volkshuisvesting 2025 hoopvolle vooruitzichten voor de Nederlandse woningmarkt, met een verwachte groei in nieuwbouw en verbeterde betaalbaarheid van wonen.

Vooruitzichten voor volkshuisvesting in 2025

Volgens de nieuwste rapportage van het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, die vandaag door minister Mona Keijzer naar de Tweede Kamer is gestuurd, worden in 2025 zo’n 77.600 nieuwe woningen verwacht. Dit is een lichte daling ten opzichte van de 82.400 woningen in 2024, wat de eerder voorspelde bouwdip bevestigt. Toch zijn de vooruitzichten positiever door verbeterde economische omstandigheden, waardoor de woningbouw de komende jaren weer zal aantrekken. Het ambitieuze doel van 100.000 nieuwe woningen per jaar komt daarmee dichterbij, al blijft een flinke inspanning nodig.

Minister Keijzer geeft aan dat de woningnood nog steeds groot is. Ze wijst op nieuwe plannen, zoals het aanwijzen van gebieden voor grootschalige woningbouw en het schrappen van regels om sneller te bouwen. Ook het beter benutten van bestaande gebouwen speelt een belangrijke rol in de aanpak van de volkshuisvesting.

Bouwtempo en plannen voor de toekomst

Voor de periode 2025 tot en met 2030 hebben provincies plannen voor in totaal 930.400 woningen, wat neerkomt op 127% van de afgesproken bouwopgave. Het streven is een plancapaciteit van 130%, omdat plannen vaak vertraging oplopen of niet doorgaan. De helft van de provincies heeft al voldoende capaciteit, terwijl de andere helft nog moet groeien. Landelijk gezien zijn er genoeg bouwplannen om het doel van 100.000 woningen per jaar te halen.

Daarnaast komt 16% van de woningbouwopgave uit transformaties, optoppen en woningsplitsen. De minister wil deze mogelijkheden verder stimuleren. Onzelfstandige wooneenheden, zoals studentenkamers, tellen niet volledig mee in de doelstelling, maar worden wel meegenomen in de berekening van het woningtekort.

Betaalbaarheid van wonen verbetert licht

De betaalbaarheid van wonen laat een positieve ontwikkeling zien. Het percentage huurders met een te hoge huur in verhouding tot hun inkomen daalde van 8% naar 5,6%. Dit komt door huurverlagingen in 2023 en stijgende lonen. Huurders bij corporaties besteden gemiddeld 30,1% van hun inkomen aan woonlasten, terwijl dit in de vrije sector 41,7% is. Voor kopers steeg de woonquote licht naar 22,8%, vooral door hogere energiekosten en belastingen. De meeste Nederlanders blijven onder de Europese norm van 40% voor woonlasten.

Verduurzaming in de volkshuisvesting

Op het gebied van duurzaamheid boekt Nederland vooruitgang. Het aandeel aardgasvrije woningen groeide naar 11,2%, en het percentage woningen met slechte energielabels daalde naar 15%. Ook de CO2-uitstoot in de gebouwde omgeving nam verder af. Daarnaast verbeterde de leefbaarheid in de twintig gebieden van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid iets, al blijft er werk te doen, zoals te lezen is in een recent nieuwsbericht.

De Staat van de volkshuisvesting is een jaarlijkse publicatie die inzicht geeft in de ontwikkelingen op de woningmarkt. Het rapport behandelt thema’s zoals nieuwbouw, betaalbaarheid en woningkwaliteit.

Dit artikel delen op je eigen website? Geen probleem, dat mag. Meer informatie.

Avatar foto

Redactie

Dit nieuws is samengesteld door de redactie van BouwNieuwsVandaag.
Lees meer van: Redactie